Wanneer de kinderen van Koen Wauters kansen krijgen, dan volgt al heel snel de reactie dat ze die kans enkel maar hebben gekregen omdat ze de kinderen van Koen zijn. Een uitspraak die Koen niet altijd graag hoort, maar waar misschien wel wat waarheid in zit.
“Akkoord, mijn kinderen zullen hoogstwaarschijnlijk niks tekortkomen. En ik ben ook blij dat ik daar deels voor kan zorgen”, klinkt het in De Morgen.
Behalve tijdens de eerste jaren van Clouseau is Koen altijd braaf met beide voetjes op de grond gebleven. Hij heeft ervoor gezorgd dat zijn kinderen altijd zorgeloos konden opgroeien.
“Je raakt nu aan mijn grootste besogne als ouder. Ik was de jongste van zes, droeg de kleren van mijn oudere broers, waste me in hetzelfde badwater als de vorige twee… We kwamen nooit iets tekort, hè. We waren gewoon een doorsnee gezinnetje. Maar als ik tegenwoordig nog eens langs ons rijhuisje van toen passeer, vraag ik me wel eens af: hoe hebben we hier ooit met z’n achten geleefd?”