Paul de Grande, nu een gevierd gezicht in ‘Stukken van Mensen’, begon zijn antiekcarrière met een geheime zet.
“Mijn ouders zagen antiquair niet als een echt beroep,” vertelt Paul in Primo. Deze visie weerhield hem echter niet om zijn dromen na te jagen. Op zeventienjarige leeftijd, vermomd als schoolganger, bestierde hij in werkelijkheid zijn eigen antiekwinkel in Adegem. Deze gedurfde stap markeerde het begin van een levenslange passie en carrière in de wereld van antiek en verzamelobjecten.
Pauls doorzettingsvermogen, verborgen voor ouderlijk toezicht, legden de fundamenten voor zijn latere succes.