In een openhartig gesprek met Primo blikt Bobby Prins terug op zijn bewogen leven. Na zijn monsterhit ‘Sancta Maria’ werd hij overal bekend maar er was ook een keerzijde van de medaille.
“Ik zat in die tijd serieus onder de pillen. Dat heeft me toen ‘dood’ gedaan. Vooral slaappillen. Op den duur kon niks me nog schelen”, vertelt Bobby openhartig.
“Het is allemaal begonnen met peppillen. In de jaren ‘70 trad ik heel veel op in dancings en daar ontmoette ik veel coureurs. Ik ben altijd een grote fan van wielrennen geweest. Maar het wielrennen heeft ook een negatief kantje. Allez, in die jaren toch. Een balorkest moest toen nog zes uur spelen. Zo’n peppilleke deed wonderen. Ik voelde me als Elvis Presley”, geeft de zanger toe aan Primo.
Maar achteraf krijg je de weerbots natuurlijk. “Door al die peppillen kon ik na verloop van tijd niet meer slapen en zocht ik mijn toevlucht tot slaappillen. Het heeft jaren geduurd voor ik daarvan verlost ben geraakt”.
Door de verslaving daagde hij soms niet op voor een optreden. Dat heeft hem lang achtervolgd want hij kreeg de naam dat je op hem niet kon rekenen.
